Rijden op de Yamaha Niken

Een motor heeft maar twee wielen en dat maakt het rijden op een motor heel erg leuk. Dat heeft ook nadelen. Een motorfiets heeft maar één voorwiel, en daarmee moet gestuurd, geremd en geveerd worden, en soms nog tegelijkertijd ook. Het liefst op een comfortabele en veilige manier ook. Daarnaast heeft een motorfiets best een klein stukje rubber op de weg waarmee al die krachten overgebracht moeten worden.

Sommige fabrikanten zijn al jaren bezig om deze zeken uit elkaar te trekken. BMW bijvoorbeeld met het telelever systeem waarbij vering en sturen uit elkaar zijn gehaald en de vering wordt verzorgt door een aparte schokbreker op een triangel aan het frame.

Yamaha heeft in het verleden met de GTS1000 een fuseebesturing (vergelijkbaar) met een auto uitgebracht. Het zag er ‘apart’ uit maar het reed fantastisch. De meeste motorrijders moeten het blijkbaar niet, want een groot verkoopsucces is het nooit geweest.

Honda heeft op de laatste Goldwing een dubbele wishbone voorwielophanging gebouwd waarmee ook een fantastische wegliggeng wordt gegarandeerd.

Yamaha heeft in 2019 de Niken uitgebracht, en wederom een motor met een aparte voorwielophanging, gecombineerd met twee voorwielen. Let wel, het is geen driewieler, het is een normale motorfiets alleen met twee voorwielen. En die twee voorwielen gaan als een normale motorfiets door de bocht. Omdat het een normale motorfiets is kan hij ook normaal omvallen bij het stoplicht als je niet oplet.

Niken in de bocht

En om een normaal stuurgedrag te krijgen is een aparte constructie gebouwd voor het sturen, vandaar de wat lompe voorkant. Yamaha zelf noemt dit het Leaning Multi-Wheel (LMW) technologie. Deze constructie zorgt ervoor dat de motor kan kantelen, maar dat de wielen te allen tijde parallel blijven. Je zou hele vervelende neveneffecten krijgen als dat niet het geval zou zijn. Het linkerwiel wat een iets andere bocht gaat nemen als het rechterwiel bijvoorbeeld. Daarnaast moet je ook rekening houden met veerwegen in de bocht (zie opeens niet gelijk zijn) en het buitenwiel wat een grote bocht maakt dan het binnenwiel. Iets wat voor bijvoorbeeld het ABS heel belangrijk is. En boven alles moet het natuurlijk betrouwbaar zijn en natuurlijk sturen, anders haak je als motorrijder direct af.

Rijden

Hoe rijdt dat nou? Als je opstapt voelt het als een normale motorfiets, alleen voor voorpartij ziet er breed uit. De eerste paar honderd meter is het heel eng, maar dat zit voornamelijk tussen je oren. Opeens gaat die schakelaar om en zit je op een normale motorfiets. Het voelt als een normale motorfiets en het rijdt als een normale motorfiets. In de bocht helt het gewoon over, net als alle andere motorfietsen. Met remmen duikt het een beetje en met gas geven komt het wat omhoog. Business as usual eigenlijk.

Tot het moment dat je met een 180 graden bocht de snelweg op gaat. Die bocht neem je onverwacht snel eigenlijk. Het bochtenwerk is zo ongelooflijk stabiel en zo rustig, dat heb ik nog nooit zo meegemaakt. Als vrij snel ga je door de bocht met de steps bijna aan de grond, zonder enige vorm van onrust of beweging. De feedback wat er gebeurt blijft dan wel weer gewoon aanwezig, dus je voelt wel het normale onder de banden.

Niken uitrit

Een haakse bocht gaat ook zonder slag of stoot. Rommel op de weg? Geen probleem. Plakstrepen op de weg? Worden onverstoorbaar genomen. Volgens de verkoper kan je zelfs met één wiel de berm in sturen zonder rare fratsen (niet geprobeerd). Wat wel een aparte gewaarwording is is onderstuur op de motor. In een te vrolijke bocht kan je de voorwielen laten glijden lijkt wel, en dat is een gevoel wat ik de tweewieler niet ken en ook niet wil kennen eigenlijk. Omgekeerd kan overstuur ook optreden als de weg nat is en je te veel gas geeft in een (haakse) bocht. De voorkant heeft meer grip dan de achterkant, dus dat kan voor verrassingen zorgen.

Maar verder rijdt het ongelooflijk soepel en fijn. Je zwiert rustig door alle bochten heen zonder een centje pijn. Je hebt geen moment het idee dat je met twee voorwielen aan het rijden bent.

De GT uitvoering komt met een prettiger zadel, een groter ruitje (met 1,86 had ik zelf een prima zit met goede windbescherming) en een setje koffers. Persoonlijk vind ik die koffers jammer, twee halfzachte ‘koffers’ die met een rits dichtgemaakt worden. Voor een GT versie had Yamaha toch wel iets nettere koffers erop kunnen zetten.

De zithouding is met mijn 1,86 ook prima. De zit is wat sportiever dan een toerfiets, maar de knieën maken geen onmogelijke knik. Wel lijkt de zithouding te zorgen voor een bolle rug, je zakt al snel in elkaar. Voor langere ritten zal een niergordel best een prettige aanvulling zijn.

De driecilinder lijnmotor levert 115pk, en dat is voor een rijklaar gewicht van 263 kg wel voldoende zeker gezien de GT aspiraties van de Niken. Je komt erg vlot van de plaats, maar een racemonster zal het nooit worden. De quickshifter doet zijn werk, maar doet het alleen fijn als je flink door de toeren heen jaagt. Bij rustiger rijden gaat het met hulp van de koppeling een stuk soepeler. Zo’n quickshift doet het op het circuit waarschijnlijk prima, maar voor de openbare weg valt het een beetje tegen. Dat kan natuurlijk ook komen omdat het een demo motor is die in één dag natuurlijk niet ‘ingeleerd’ is op mijn schakelgedrag. De korte uitlaat zorgt voor een sportieve brom, wel jammer dat die brom alleen aan de rechterkant zit.

Breed

Die voorkant oogt breed en dat zou zomaar eens een dingetje kunnen zijn als je tussen de file door wilt rijden. De breedte is echter 85,5 cm en dat zit hem alleen in de voorkant. En 85,5 cm is toch niet spectaculair breed. Een beetje toermotor is al snel breder, een MT 09 uit hetzelfde huis meet maximaal 81,5 cm, een Honda 600 Transalp 86,5 cm dus extra breed blijkt de Niken dus niet te zijn. Hij oogt alleen wat breed aan de voorkant, sommigen zullen het lomp betitelen maar ook dat is persoonlijk.

De LED verlichting aan de voorkant maakt het wel af (vind ik) alhoewel ik niet in het donker heb gereden, half juni wordt het ook pas laat echt donker natuurlijk. En heel vroeg al weer licht.

Niken Piepers

Over het verbruik kan ik niets zeggen. Zelf heb ik een tocht van zo’n 250 km gemaakt, maar omdat de motor niet helemaal afgetankt was bij ontvangst ging er aan het einde meer in dan ik zelf had verbruikt. Het zal ook heel erg liggen aan het speelse van de Niken. Als je lekker tekeer gaat en flink doorrijdt gaat het verbruik, mede door de forse voorkant behoorlijk omhoog. De tank meet officieel 18 liter (waarvan 3,5 liter reserve). Testmotor.nl rapporteert een gemiddeld van bijna 7 liter per honderd kilometer met een sportieve rijstijl waardoor de actieradius dan op zo’n 250 km uit zou komen. Met wat rustiger toerwerk zal er wel een veel beter verbruik te behalen zijn, zelf heb ik ook bijna 250 km gereden en was toen nog niet op reserve (en kreeg de motor niet 100% vol mee), maar 400 km of meer zal wel een utopie zijn.

En verder?

Op een gewone doordeweekse dag kom je niet al teveel motorrijders tegen. Het valt wel op dat er meer motorrijders dan normaal niet groeten onderweg. Blijkbaar zien ze je toch als een driewielerige scooter ofzo. Een beetje door de buurt rijden levert al wel snel appjes van bekenden op in de trant van “wat heb jij nou voor ding mee?” dus het baart wel opzien.

Zou ik zelf zo’n Niken kopen? Ik heb altijd (dikke) toermotoren gehad en dan spreekt een GT wel aan. Nu zie ik mezelf niet snel op een Niken naar Zuid-Frankrijk of midden zweden rijden, zeker niet met partner achterop (het zal best kunnen, maar mij nodigt de Niken daar niet voor uit). Als ik wat minder zou rijden en wat minder lange afstanden dan zou dit wel een hele goede kanshebber zijn, dat absoluut, ik was (en ben) best onder de indruk. Ook houd ik wel van technisch afwijkende dingen. Of als iemand van de postcode loterij zo’n gouden brief zou brengen, een Niken als motor erbij, dat lijkt me ook wel wat 😊