Motor met automaat (BMW R1300RT)

Honda en Yamaha gingen BMW al voor, maar na de R1300GS is nu ook de R1300RT leverbaar met een automatische versnellingsbak, of in BMW termen “Geautomatiseerde Schakelassistent”. Als R1250RT rijder was ik wel benieuwd naar de nieuwe RT, en in het bijzonder in deze versnellingsbak.

Zoals de BMW benaming al aangeeft is het niet echt een automaat, maar een gerobotiseerde versnellingsbak. De bak kan automatisch opschakelen, maar schakelt niet automatisch terug als je even snel wilt inhalen, dat moet je nog steeds met je voet doen zoals bij een normale versnellingsbak.

Een koppeling ontbreekt, en dat is de eerste keer best eng. Heel voorzichtig gas geven resulteert in heel langzaam en heel soepel wegrijden. Ik moet wel toegeven, na 2 bochten voelt het al heel vertrouwd aan. Als de versnellingsbak in “D” staat is het bij een stoplicht gewoon gas geven en je schiet er vandoor. Zo soepel kan ik zelf de koppeling niet bedienen.

Het schakelen in “D” gaat echt supersoepel, als het bekende warme mes in de boter. Ik had vooraf mijn bedenkingen omdat BMW niet echt bekend staat om de soepele versnellingsbakken, maar ik was positief verrast. Op- en terugschakelen (in de stand “M”) gaat zo zijdezacht, het lijkt wel een japanse versnellingsbak.

Wel even wennen, 2 keer bij een rotonde automatisch naar een koppelingshandel gegrepen, maar dat kan dus niet. Gewoon voet tikje naar beneden en hij schakelt terug. Ook bij het aanrijden van een stoplicht is het wennen en in het begin moet je echt even jezelf inprenten dat je geen koppeling hoeft te gebruiken.

De bak in neutraal zetten is nu ook makkelijk, even het schakelpedaal 2 tellen naar beneden houden en de bak gaat in neutraal, dus geen gepruts met zoeken naar een vage stand tussen “1” en “2”.

Vanuit neutraal inschakelen is wel even de rem inknijpen als beveiliging, anders schakelt hij niet in. Ook starten moet met ingetrokken rem gebeuren, maar dat is even wennen.

Ik kon niet heel lang rijden (een uurtje) en het was verschrikkelijk druk onderweg (vrijdag, dus veel mensen met een lang weekend op de Veluwe) maar ondanks de korte tijd was ik zwaar onder de indruk. Voor herhaling vatbaar.

Toeren in het Westerwald

Het Hemelvaartweekend is altijd een mooie start van het toerseizoen op de motor. Na een Hemelvaartreis naar Altenau in de Harz in 2018 en naar Willebasessen in het Wesenbergland in 2019 gaan we deze keer naar Oberlahr in het Westerwald. Het is een individuele reis van MotorTours.eu, maar BMW dealer Simako heeft er een groepsreis voor klanten van gemaakt (wel zelf betalen uiteraard).

De start is op Hemelvaartsdag in Elst, maar omdat wij niet van die ochtendmensen zijn op woensdagavond maar naar Van Der Valk in Lent gereden om daar te overnachten. Dan is het ’s ochtends maar 10 km naar de start, wel zo’n fijn idee 😊

Omdat het een algemene individuele reis is start de tocht in Thorn in Limburg. Het eerste stuk gaat dus vanaf Elst via de A73 en de A2 naar Limburg toe. Wat een drukte. Twee banen vol met auto’s, caravans en campers die allemaal een lang weekend weg willen. Bij Thorn kan je de snelweg verlaten en dan binnendoor via de Belgische Ardennen richting Luxemburg en Duitsland. Nu ben ik zelf niet zo’n fan van de Belgische Ardennen, (vaak) slechte wegen, veel wielrenners, heel veel dorpjes onderweg dus echt tempo aanhouden is niet echt mogelijk.

Wij besluiten om de A2 te volgen, dan voor Luik de E40 richting Aken om vervolgens net voorbij Herve richting Malmedy en Sankt Vith te rijden. Bij Winterspelt, net over de grens van België en Duitsland pakken we de originele route op en slingert het lekker langs de Eiffel richting het hotel.
Een van de dingen waar je in Duitsland altijd rekening mee moet houden is dat openingstijden van terrassen etc. ook op zijn Duits zijn. Dus als je ’s ochtends lekker aan het toeren bent zie je veel gesloten terrassen.

Uiteindelijk zien we in Großlangenfeld een terras met een Nederlandse vlag en drie motorfietsen staan. Blijkt van een Nederlander te zijn met maar één arm en wiens vrouw weg is, dus hij kan wel koffie schenken maar een lunch kan hij op het moment niet serveren. Koffie gaat er altijd in en na een leuk praatje gaan we weer verder.

Na Großlangenfeld slingert de L17 vrolijk verder richting Prüm waar we een stukje de B410 pakken naar Lissingen en Gerolstein. De B410 is een prima weg om kilometers te maken en toch lekker te rijden. Het slingert, de weg is breed en overzichtelijk en het asfalt is goed. In Dockweiler van de B410 af en de B421 op. Dit slingert eigenlijk gewoon door naar Koblenz. Hier was het even wat minder, de Rijn oversteken en de laatste 30 kilometer naar het hotel in Oberlahr. Ondanks dat we als een van de laatste weggingen zijn we vanwege het overslaan van de Belgische Ardennen mooi op tijd.
Het hotel in Oberlarh is Hotel “Der Westerwald Treff” (https://www.westerwaldtreff.de/). Ik vind het een typisch Duits hotel. Goed eten, schone kamers, ruime terrassen en goed bier.

Er zijn twee rondritten, voor elke dag één (de dag na Hemelvaart met 267 km, de zaterdag met 284 km en op zondag weer naar huis). Het zijn twee heel verschillende tochten door heel verschillende omgevingen.

In tegenstelling tot toen we van huis gingen is het weer echt prachtig en is het prima toeren. Zoals te doen gebruikelijk zijn er wel weer stukken afgesloten vanwege werkzaamheden (“ja hoor, we hebben de route pas nog nagereden” 😊) maar met een navi is dat meestal nooit zo’n probleem meer.

Wat voor mij nog wel een probleem is…. Ik heb een nieuwe navi gekocht. De BMW Navigator VI ligt in de kast en een nieuwe Connected Ride Navigator zit op de motor. Het is niet handig als je die net een paar dagen hebt en dan met geimporteerde routes gaat rijden. Maar goed, verdwaald zijn we nooit. En je kan altijd wel ergens rustig zitten en van een versnapering genieten. Let ook op de parkeerplaats voor motoren. Niet zichtbaar maar wel aanwezig, een bord met “Biker Herzlich Willkommen”, dit was in Bad Ems aan de oever van de rivier Lahn.

Onderweg kom je wel leuke dingen tegen zoals het plaatsje Nassau met het gelijknamige Kasteel Nassau waar de voorvaderen van het huidige koninklijk huis vandaan kwamen. We hebben eigenlijk te weinig tijd om het kasteel te bezoeken, maar van medereizigers die hier eerder waren moet het zeker de moeite waard zijn.

Na het nodige stuurwerk komen we ook nog een stukje langs de Rijn en stoppen we even bij de Loreley. De Loreley is een 132 meter hoge rots waar de Rijn met een haakse bocht doorheen stroomt. Hierdoor heb je serieuze stroomversnellingen en door de jaren zijn er vele schepen ten onder gegaan.

In de middeleeuwen waren er verhalen over dwergen, nimfen en berggeesten die boten schipbreuk deden lijden aan de Loreley. Volgens de legende zouden er ooit nimfen rond de Rijn gewoond hebben. Toen de mensen rond de oevers kwamen wonen werden ze echter verjaagd. Slechts één nimf bleef achter. Zij kon geen afscheid nemen van de Rijn en vestigde zich op de hoge rots, vanwaar zij zicht had over de hele rivier. Met haar prachtige, treurige zang, haar schoonheid en haar lange, gouden haren wist zij de schippers te betoveren, die de aandacht voor hun schepen verloren en door de sterke stroom op de rotsen liepen. Je kan er zo een mooie roman van schrijven.

Je kan er even van het uitzicht genieten, en als treinenliefhebber zie je aan beide overs treinen rijden, echte klassiek treinen met een (elektrische) locomotief en een tiental wagons erachter en niet dat moderne stoptreinspul van tegenwoordig. Maar dat is een andere discussie….

De laatste dag is de terugreis naar huis. Er is een route uitgezet van 225 km die volledig binnendoor naar Born in Limburg gaat en daar aansluit op de A2.

Er zijn onderweg echter ook genoeg mogelijkheden om een snellere route te pakken op snelle doorgaande wegen of zelfs stukken Autobahn. De drukte onderweg valt echter best mee (aan het einde van een lang weekend en vergeleken met de heenreis) alleen het stuk langs de A73, bij Arnhem en Nijmegen en de A50 richting Zwolle valt wat tegen. Maar ondanks dat zijn we toch in de tweede helft van de middag mooi op tijd thuis. Moe maar voldaan, en eigenlijk alweer uitkijkend naar de Hemelvaart van 2025. Met dank aan Simako-BDM voor het organiseren van deze reis.

Givi quicklock tanktas op een K1600GT

Op een BMW K1600GT heb je weinig te klagen over bagageruimte, maar iets kleins en handigs zou wel makkelijk zijn. Nu zitten losse dingen als sleutels, telefoon, portemonnee etc gewoon los in de topkoffer. Met name bij een koffiestop is dat niet praktisch.

Givi heeft daar een leuke oplossing voor, een 5 liter tanktas die met een quick lock vast zit. Je zet hem er zo op, en je klikt hem er net zo makkelijk weer af. Geen gepruts met magneten of sjorbanden, gewoon met een ring om de tankdop heen.

Givi Quick Lock K1600GT

Bovenop de tanktas zit een handig insteekhoesje (van binnenuit, dus waterdicht) waar je een mobiele telefoon in kwijt kunt. Niet te groot, een iPhone 6S gaat er net in, maar veel ruimte heb je dan niet meer over. Ook zit er een openingetje in de tanktas (zelfde idee als bij rugzakken) waar je een 12V kabeltje doorheen kan voeren voor voeding van de iPhone. Een powerbank meenemen kan natuurlijk ook.

Givi QuickLock iPhone

Zo’n quick lock tanktas zit met een tankring vast. Givi levert verschillende soorten ringen voor allerlei motoren, maar (uiteraard) niet voor een K1600GT. De tankdop van een K1600GT lijkt wel heel erg op de tankdop van een R1200RT, en daar heeft Givi wel een tankring voor (model BF17).

Motoport Leeuwarden had deze ring op voorraad liggen, en was zo vriendelijk aan te bieden om te komen passen. Et voila, dat paste dus:

Givi Quick Lock Tankring

Het is een kleine tanktas, dus je kunt je portemonnee, motorpapieren, zonnebril, sleutels en dat soort dingen erin kwijt. Misschien zou een flesje water ook nog wel lukken, maar dat heb ik nog niet geprobeerd (die zitten meestal in een koeltasje in de topkoffer).

Givi QuickLock inhoud

Er is nog wel een ander dingetje, en dat is misschien ook wel de reden dat Givi geen ring voor de K1600GT levert. De tanktas zit vrij ver naar voren en met volle stuuruitslag zit je tegen de tanktas aan. Als je de tanktas helemaal vol zou proppen ga je daar waarschijnlijk last van krijgen, maar als er nog ruimte is kan je nog steeds keren op de weg zonder al teveel problemen. Tijdens het normale rijden heb je er geen last van in ieder geval, maar krap is het wel.
Maar ondanks dat vind ik het een prima aanwinst!

BMW Zadel te zacht? Tijger Leathers!

Mijn vorige motor was een BMW R1200RT, en het zadel was bedroevend zacht. Bij mijn huidige motor (K1600GT) had ik gehoopt op een beter zadel, maar na 3 maanden en 8000 km kan ik concluderen dat dat niet het geval is. Het zadel is gewoon veel te zacht, lekker voor een uurtje rijden, maar een hele dag sturen voelt het aan als geloogd eiken. Pijnlijk dus.

Omdat ik niet direct zin had om 1200 euro uit te geven voor een Corbin zadel (wat overigens prima zadels zijn, ik had er eentje op de Pan European) ben ik bij Tijger Leathers in Den Haag geweest. Voor 90 euro wordt je zadel van nieuw schuim voorzien.

Voordat je je koffie op hebt is het schuim er al afgetrokken, en inderdaad, het stelt niets voor. De zadelverwarming wordt uiteraard wel veiliggesteld. In onderstaande foto zie je waar het verwarmingselement heeft gezeten.

IMG_2566

Het nieuwe schuim is geperst, en veel steviger dan het originele schuim. Het wordt in grote lijnen even op maat gezaagd en dan mag je proefzitten. Zelfs dat zit al beter. Als het goed is wordt het verder afgewerkt (gezaagd en gevijld) waarna het verwarmingselement er weer op gaat zoals je op deze foto kunt zien:

Lees verder

Michelin Pilot Road 4 GT Review

image

Discussiëren met motorrijders over banden staat bijna gelijk aan het ontketenen van een soort heilige oorlog. Die andere band is altijd beter, deze doet het prima in het grensgebied, na 7000 km gaat hij cuppen, in de regen is het een drama, allemaal redenen waarom het voor deze motorrijder wel of niet een goede band is. Gelukkig heeft de buurman dan weer hele andere ervaringen, en zijn buurman ook weer. Over een ding zijn ze het wel eens: na vervanging rijdt de nieuwe band altijd veel beter. En daar hebben ze wel een punt natuurlijk. Wat interessant is om te weten hoe een nieuwe band zich verhoudt tot een oude, afgereden band van hetzelfde type.

Mijn BMW R1200RT werd met Michel Pilot Road 4 GT (MPR4) afgeleverd, en dat beviel me prima. De MPR4 wordt in een gewone versie en in een GT versie geleverd. De laatste is voor zware jongens als de R1200RT, FJR1300, Pan European etc.

De MPR4 in een dual-compound band. In het midden is de band (beduidend) harder dan aan de zijkanten. Voordeel is natuurlijk dat je bij lange snelwegritten niet meteen alle rubber verbruikt, en bij het betere bochtenwerk de voordelen van het zachtere rubber hebt in de vorm van meer grip. En laten we eerlijk zijn, we rijden vaker rechtuit dan dat we alpenpassen met haarspelden gaan rijden.

Hoe is de levensduur van de Pilot Road 4? Na de eerste beurt van de BMW (10.000 km) kreeg ik te horen dat hij geen seizoen meer mee zou gaan. Wat wel opviel is dat de voorband sneller was versleten dan de achterband, terwijl die wel de 120pk moet verstouwen, en die dik 350 kg vooruit moet duwen. Aan de andere kant, met het remsysteem van de BMW komen er ook grote krachten op de voorband natuurlijk. En een twee dagen VRO is ook vast niet bevorderlijk voor de levensduur. Uiteindelijk zijn beide banden na 13.000 km vervangen. Ze hadden nog wel iets langer meegekund, maar met een trip naar Frankrijk voor de deur was dat geen idee.

Moderne banden worden ook voorzien van Silica, en dat verbetert de presentaties in de regen. En de MPR4 lijkt van regen weinig last te hebben. Ik denk dat ik zelf de nodige reserves inbouw als het regent, en dat de banden daardoor het prima doen in de regen. Plakstrepen en (opvul) teerstrepen heb je normaal geen last van, maar die voel je in de regen wel goed. Niet dat het onprettig wordt, maar je voelt een siddering door de motor gaan als je over zo’n streep heenrijdt.

Ook qua bochten doet de MPR4 het prima. Je kan tot het randje rijden, en zeker op het PVI-circuit in Lelystad (tijdens de VRO) voelt alles heel vertrouwd aan en heb je nooit het gevoel dat je aan de grens zit, ondanks het vrij hoge gewicht van de R1200RT. De motor wil zich wel oprichten met remmen in de bocht. Natuurlijk doet iedere motor dat wel, maar met de MPR4 is het nadrukkelijk aanwezig. Remmen in de bocht, de motor die zich opricht en dus rechtuit wil, iets wat je niet wilt en wat je goed moet opvangen met ‘countersteering’. De eerste keer was geen prettige ervaring, maar als je weet wat er gebeurt, is het geen probleem.

Na 10.000 km gaat de motor wel beduidend zwaarder sturen. Rechtuit is natuurlijk geen probleem, maar de motor moet echt de bocht in gedwongen worden. De banden lijken enigszins afgeplat (ook zichtbaar) en het voelt alsof ze ‘over het randje’ heen gezet moeten worden. Dit is natuurlijk het punt waarop je naar andere banden gaat omkijken.

<de tekst gaat onder de foto verder>

image

En hoe rijdt dan een nieuwe Pilot Road 4? Dat gaat opeens van vrij zwaar naar heel licht, bijna lichtvoetig voor zo’n grote fiets. Persoonlijk had ik het gevoel dat het zeker 500 km duurde voordat de beschermlaag eraf gesleten was en de banden helemaal vertrouwd aanvoelen. Maar daarna konden we er weer goed tegenaan, en rijdt de ‘nieuwe’ band stukken beter dan de oude band. Nu halverwege de tweede set komt de vraag natuurlijk of ik een derde set zou aanschaffen onder de BMW. Ik zou niet weten waarom niet, ben best tevreden, rijdt prima, kan er mee lezen en schrijven en gaat best lang mee. Aanrader dus.

De kop eraf: BMW R 1200 RT

image

De huidige generatie BMW R 1200 RT is in 2014 op de markt gekomen, en dat ging niet zonder slag of stoot. Al snel na de introductie bleken er problemen te zijn met de schokdemper wat leidde tot een grote terugroepaktie. Een terugroepaktie in de categorie “nu stoppen met rijden en terug naar je dealer”. Vervelend als je net een nieuwe fiets had gekocht, nog veel vervelender als je met je nieuwe fiets al in de Alpen aan het toeren was. Ook bleken er veel klachten te komen over de japans aandoende knoppen op het stuur, niet iets wat je wilt met een motorfiets die nieuw zomaar meer dan € 25.000 moet kosten.

Inmiddels is het wel gestabiliseerd, en met 260 nieuw verkochten exemplaren in 2016 kan BMW toch in haar handen knijpen. Maar na 3 jaar beginnen ook de eerste tweedehands exemplaren op de markt te komen, en vaak zijn het ook nog BTW motorfietsen wat interessant kan zijn als je een eigen bedrijf hebt of ZZP’er bent. Moet je nu zo’n ‘tweedehands’ fiets kopen, of toch maar doorsparen voor een hele nieuwe? Wij reden een jaar met een twee jaar oude, full options R 1200 RT met 20.000 km op de teller. Lees verder

Wilbers vering BMW K100

Een beetje motorrijder zorgt best wel goed voor zijn motor. Beurtje op zijn tijd, verse olie, remvloeistof, koelvloeistof, nieuwe bandjes….. Alles wordt min of meer regelmatig vervangen. Soms omdat het aan slijtage onderhevig is, soms omdat het in het instructieboekje staat.

Wat vaak wordt ‘vergeten’ is dat de vering ook aan slijtage onderhevig is. De voorvorkolie raakt vervuilt, en dit vuil kan het mechanisme van de voorvorkvering weer verstoppen. Ook de schokdemper achter heeft niet het eeuwige leven, en moet regelmatig gecontroleerd worden, en na verloop van (langere) tijd vervangen worden.

Eigenlijk zou je elke twee jaar je vering moeten laten controleren, door je eigen dealer, of misschien wel door een gespecialiseerd bedrijf. Kijken of alles nog goed werkt, misschien de vorkpoten polijsen of de olie (uit je voorvork) vervangen.

Mijn BMW K100 is uit 1983, dus 32 jaar oud en mijn vermoeden was ook dat er in al die jaren nooit naar de vering is gekeken. De voorvering is slap (was af fabriek al niet de sterkste) wat zich ook uit bij hard remmen, en de achtervering geeft ook weinig thuis. Bij een hobbelige weg word je als bestuurder soms gelanceerd, en over verkeersdrempels rijden is geen pretje. Ok, zolang je een gezapige rijstijl hebt en over mooie strakke wegen rijdt is het te overleven, maar echt prettig is het niet.

HK Suspension is een bedrijf wat opgezet is door 2 voormalig WP medewerkers, Edgar Hendrikx en Jos van Keulen. Zoals ze zelf zeggen houden ze zich bezig met alles wat rolt en veert, en motorfietsen vormen daar wel een groot deel van.

Dus, met de K100 maar eens naar Tiel gereden om de vering te laten bekijken. Eerst wordt de achtervering eens goed bekeken en gevoeld, ingedrukt en gekeken hoe het in- en uitveert. De achterkant moet vlot en vloeiend terugkomen, en niet in een trage reactie (te snel is ook niet goed) en de conclusie is snel getrokken: “Die is overleden.”

De voorkant wordt ook bekeken. Rem inknijpen en volledig indrukken, de voorvering hoort in één keer terug te komen, zonder nadeinen, bonken of traagheid. Van origine is het bij een BMW K100 al slap, na 30 jaar blijkt er weinig van over te zijn. Daarnaast zijn ook de vorkpoten licht beschadigd, hierdoor zijn ook de rubbers aan het einde van hun leven en zijn de vorkpoten ook vettig.

Edgar vraagt hoe lang ik nog met de motor wil doen. Aangezien het een jeugddroom is om een K100 te hebben was ik niet van plan de motor nog weg te doen, sterker nog, ik wil hem nog veel verder opknappen :-).

Vervolgens adviseert Edgar om achter een nieuwe schokdemper te monteren, speciaal voor oude fietsen als de K100 hebben ze een Wilbers schokdemper Type 530 ECO-Line mono. Een eenvoudige schokdemper waarvan alleen de veervoorspanning instelbaar is. Er wordt gevraagd naar de rijstijl, of ik alleen rijd of veel met duo en/of koffers. Aan de hand daarvan wordt dan een bijpassende veer gemonteerd.

De voorkant is iets meer werk. De voorvork moet gedemonteerd worden en de vorkpoten gepolijst. Nieuwe rubbers en nieuwe olie uiteraard, en voor het wat strakkere werk worden progressieve veren geadviseerd. Hierdoor wordt het geheel wat strakker, en met name met (hard) remmen duikt de motor niet zo naar voren zoals de K100 origineel wel doet.

De Wilbers schokdemper kan direct gemonteerd worden, voor de voorkant moet een aparte afspraak gemaakt worden (uiteindelijk kwam ik initieel alleen voor advies, alhoewel ik natuurlijk wel wist wat ik wilde) en dat is 3 weken later.

image

De schokdemper is in 15 minuten gemonteerd (althans, bij de K100, daar kan je er super makkelijk bij natuurlijk) en na afrekenen kan ik de weg op. Van Tiel naar huis had ik een route binnendoor uitgezet met allerlei soorten weggetjes. De eerste indruk is super, ik kan met aardige snelheid nu over verkeersdrempels gaan zonder dat mijn rug een enorme optater krijgt of mijn vullingen mijn mond uit vallen.

Het bochtenwerk is toch nog even wat anders, daar voel je duidelijk dat de voorkant nog altijd heel slap is, en de achterkant goed strak. Vooral als er oneffenheden in de weg zitten dan wordt het echt wel een rodeopaard. Het beweegt, wiebelt, slaat in het stuur, niet echt fijn. Er ligt een leuk dijkje hier in de buurt, van Kuinre via Blankenham naar Blokzijl. Behalve de nodige horizontale slingers (lekkere bochtjes) zitten er ook voldoende horizontale slingers (hobbels en kuilen) in, en hier kan je echt je vering goed testen. De achterkant gaat wel goed, maar in het stuur is het helemaal geen feest, alhoewel het wel een stuk beter is dan met de originele (versleten) schokdemper. Het geheel is nu helemaal niet in balans.

De eerste conclusie (open deur) is dat je de voor- en achterkant altijd samen moet opknappen. De oude en slechte voorkant door veel van de voordelen van de nieuwe schokdemper wel teniet.

Na drie weken kan ik terugkomen bij HK Suspension om de voorvorkveren te laten wisselen voor progressieve veren en de vorkpoten te laten polijsten. Uiteraard wordt het geheel voorzien van nieuwe olie.

De voorkant is binnen 10 minuten gedemonteerd en de vorkpoten uit elkaar gehaald. Toch een raar gezicht, je motor zo zonder voorvork en voorwiel.

image

De voorvork is wel eerder uit elkaar geweest, een van de vorige eigenaren heeft de boel uit elkaar getrokken, en dat is niet zachtzinnig gedaan, hier en daar zitten wat beschadigingen. Niet dat het nu vervangen moet worden, maar helemaal fris is het niet meer.

Duidelijk te zien zijn de verschillen tussen de nieuwe veer (op de foto, gelijk voor de ladenkast) en de oude veren met bussen. Waar de bussen zaten zit nu het progressieve gedeelte van de veer.

image

Binnen een half uurtje zit de boel weer in elkaar en na afrekenen kan ik weer op weg. Voor ik goed en wel de wijk uit ben voel ik het verschil al. Wat is dit een enorme verbetering. De voorkant voelt heel stevig en solide aan, het weke en zwabberige is helemaal verdwenen. Ook hobbels in bochten laten zich nu soepel nemen, en rotondes neem je nu met groot plezier.

Omdat de voorkant veel minder duikt is remmen ook veel aangenamer geworden, en je voelt tijdens het remmen ook veel beter wat er gebeurt. Alle leveranciers claimen een bepaald percentage kortere remweg, en dat lijkt inderdaad ook wel zo te zijn, het voelt in ieder geval wel zo aan.

Samenvattend kan ik niet anders zeggen dat het vervangen van de vering van zo’n oud beessie een enorme verbetering geeft, na 30 jaar blijkt er van de vering niet veel meer over te zijn. In eerste instantie heb je dat helemaal niet zo in de gaten, totdat het vervangen is. Het is echt een enorme verbetering, en ik zit zelfs met de gedachten om het op mijn normale motor (Honda NT700V Deauville) ook te laten doen, zo groot is de verbetering. Misschien iets voor volgend jaar.

Meer informatie kan je vinden op:

http://hksuspension.nl/producten/wilbers

http://hksuspension.nl/

clip_image002[4]

Gratis downloadbaar boekje van HK Suspension over basistechniek versing:

clip_image004[4] HK Suspension Basistechniek Motorfietsvering

BMW K100

Na jaren tobben met hun oude twee cilinder boxers (die helemaal niet meer tegen het Japanse geweld op konden) kwam BMW in 1983 met de K100. Een watergekoelde 4-in-lijn, maar waarbij het blok in de lengterichting lag ipv dwars staand zoals toen (en nog steeds wel eigenlijk) gangbaar was.

Deze stond meer dan een jaar bij de dealer in de showroom, en toen hij een mooie prijs riep heb ik gewoon “ja, is goed” gezegd. Nu nog even wachten tot het weer iets beter is (lees: de winterstop voorbij is 🙂 )

k100-2